Hier is oorspronkelijk gebouwd op het laatste erf van de uitbreiding van 1612 aan deze zijde van de gracht, dat in 1615, samen met Keizersgracht 383, gekocht is door mr. Sasbout, de vermoedelijke bouwer van het eerste gebouwde huizen.
Dit huis is eerst een pakhuis geweest en is in 1677 eigendom van Pieter Codde[1599–1678], schilder. Na zijn overlijden wordt op 16 januari 1679 het huis verkocht door de erfgename van Pieter Codde, Barentje Willems die met hem in het huis samen woont. Het huis wordt voor f 2500,- verkocht. Op 13 juli 1679 wordt het huis overgedragen aan Sara Sloyer, weduwe van Mattheus van Uffelen.
Deze twee koopmanshuizen, Keizersgracht 383 en 385, zijn 3,96 m. breed en omstreeks 1700 herbouwd voor Jan van der Putt, afslager en krijgen dan de vorm zoals deze in het grachtenboek staat en hebben elk een halsgevel, vleugelstukken en een gebogen fronton.Dit huis heeft een halsgevel met vruchtfestoenen langs de hals, de top eindigend in krullen en een breed fronton met schelpversiering.
Hierna zijn de panden, Keizersgracht 383 en 385, in gebruik als Franse kostschool Jan Subremont[1697-1741], totdat Jacob de Wit in 1741 de twee grachtenpanden koopt voor 19.000 gulden, hij rekent contant af. Jacob en zijn vrouw Cornelia van Neck bezitten al een pand aan de Oude Schans, het ouderlijke huis van Cornelia.
Via het voorhuis leidt een marmeren gang van 20 meter, voorzien van gestucte nissen en stucplafonds, naar het brede achterhuis. Het achterhuis is achter de andere buurpanden uitgebouwd, zoals te zien is op tabblad "ligging". Tegenwoordig resteert alleen nog het deel achter Keizersgracht 383 van het brede achterhuis, de rest is in 1938 gesloopt, evenals het tuinhuis.
In het deel achter Keizersgracht 3879-381 van het achterhuis bevindt zich het woongedeelte met een tuinzaal, een bibliotheek en een eetzaal. In het deel achter Keizersgracht 383 en 385 van het brede achterhuis bevind zich een schildersatelier en een tekenkamer. In de voorhuizen, Keizersgracht 383 en 385, zijn meerdere slaapkamers en dienstvertrekken. In Keizersgracht 383 zijn de vertrekken van Jacob zijn leerlingen die bij hem inwonen.
In zijn woonhuis hing zijn omvangrijke verzameling schilderijen waaronder werken van Van Dijck, Jordeans, Rubens en Titiaan. En daarnaast uiteraard veel van zijn eigen schilderijen waaronder twee Witjes; Poesia of de allegorie op de dichtkunst en Pictura, allegorie op de schilderkunst, welke hij schilderde voor in zijn tuinhuis.
In de bibliotheek bewaarde Jacob naast zijn vele kunst- en schilderboeken ook tekeningen en etsen van bekende schilders zoals Raphael, Michelangelo, Leonardo da Vinci, Rubens en Rembrandt. Daarnaast had Jacob al zijn studie- en ontwerptekeningen bewaard, zo’n 5.000 stuks. Na zijn dood in 1754 wordt Jacob zijn rijke kunstcollectie met schilderijen, boeken, en tekeningen in zijn geheel geveild. Deze collectie is via kunstverzamelaars verspreid geraakt en velen zijn nu in verschillende Europese museumcollecties terug te vinden.
Vanaf 1893 tot 1938 is er een particuliere school voor gymnasiaal en middelbaar onderwijs in gevestigd. Oorspronkelijk opgezet door Herman van Maanen[1853-1930] en later voortgezet door Carl Dekker[1871-1928]. In 1915 is de school verbouwd. Later krijgt de particuliere school het moeilijker door een terug lopend aantal leerlingen. In 1938 wordt de school opgeheven en gaan de leerlingen over naar de Wilhelmina Catharinaschool. Een deel van de school wordt met het slopen van Keizersgracht 379 en 381 meegesloopt. Zie voor meer, het tabblad "Dekker school".
Het wordt erna weer een woonhuis.
Als u opmerkingen of aanvullingen hebt op de tekst hierboven, wilt u dan ook het huisnummer erbij vermelden.
Uw e-mail adres wordt alleen maar gebruikt om eventueel op uw opmerkingen te reageren.
Foto's of andere informatie vande panden kun u ook zenden naar info@amsterdamsegrachtenhuizen.info.